Ringo Starr


John Lennon gaat zitten, hij vindt het maar niks, dat idee van McCartney. George Harrison kijkt naar zijn bruine Gretsch Country Gentleman en speelt plichtsbewust een paar akkoorden bij wat McCartney net heeft voorgesteld. Iets in Fa, opgewekt, met een huppelende basmelodie verderop, en McCartney die uithaalt met zijn stem, ooooh-óóóóh, Little Richard-gewijs. For old time’s sake. Ringo is sigaretten halen.

Nu valt ook Harrison stil. McCartney trekt zich nog één keer op gang, zonder veel overtuiging, maar niemand valt in. ‘Jij nog iets dan?’ tegen Lennon. Die blijft zitten, maar begint meteen zacht een shuffle te strummen. ‘Dit zijn eigenlijk maar twee akkoorden, C-G, C-G, altijd maar opnieuw. Meer heb ik niet. Misschien moet het niet meer zijn’.

‘Heb je tekst?’

‘Weinig. ‘Baby you’re a rich fag too’. Da’s alles’.

George, droog: ‘Baby you’re a rich fag jew?’

Lennon, met gespeelde grijns: ‘Thank you, George’.

Lennon blijft de akkoorden spelen, C-G, C-G, C-G, een G7 af en toe, en één keer een F, die er de volgende ronde al niet meer bij is. Slecht idee. McCartney doet hard zijn best om het over de hele lijn niks te vinden, maar eigenlijk hoort hij er wel iets in. Een klein riedeltje op de bas, niet te enthousiast, het moest maar eens van de grond komen. Dat gun ik hem niet, denkt hij, niet vandaag. Niet na dat van daarnet. We gooien een idee pas weg nadat we het hebben geprobeerd, niet omdat we de kleur niet mooi vinden. George, neutraal in tijden van oorlog, heeft zelfs al een partijtje klaar. Past bij wat Lennon doet, maar zo zonder backbeat blijft het bij wat gekras. Geen wind in de zeilen. 

Dan knalt met een smak de deur van Studio Two open - Ringo is terug: ‘Boys, let’s smoke!’. Hij deelt sigaretten uit – Lennon neemt er drie – geeft met duim en wijsvinger George Martin (die niet eens opkijkt) langs achter een tik tegen het oor, stroopt de mouwen op en gaat met rechte rug achter zijn drumstel zitten.

‘Hebben we iets?’

Lennon begint weer te strummen, C-G, C-G, Harrison valt na twee maten in met zijn riedel, George Martin gaat naar de controlekamer. Ringo wacht, zestien maten, luistert, kijkt met het hoofd wat schuin, als een hond die om na te denken zijn hersenen aan één kant op een hoopje wil laten lopen. In maat zeventien valt hij in. Niet de gebruikelijke accenten, niet de typische Ringo-beat die hun grootste hits had gemarkeerd, maar een lossere swing. Amerikaanser. Meer feel dan slag. En dan om te breken, rhythm fill, achterwaartse snare-roll over rimshot naar twee achterwaartse triplets, hoge tomtom, snare, en terug naar de feel. McCartney doet nu ook mee. Hij toont geen emotie, kijkt verveeld voor zich uit, maar zijn vingers lachen hoorbaar. Harrison heeft een tweede riff, en Lennon zingt grijnzend naar Ringo: ‘How does it feel to be / One of the beau-tiful – people / Baby you’re a rich man! / Baby you’re a rich man! / Baby you’re a rich fag jew!’. Pas twaalf minuten later komt het orkest brokkelend en stotend tot stilstand.

‘G7 om te eindigen?’

‘De vraag is niet hoe, maar waar en wanneer eindigen’.

Ringo schudt een lok haar van zijn voorhoofd (die meteen terugvalt), trekt zijn gezicht in een lachgrimas, stopt de drumstokken in zijn linkerhand en maakt met zijn rechter het vredesteken. Harrison zegt: ‘Hoeveel Beatles zijn er nodig om een gloeilamp te vervangen?’ George Martin, door de talkback: ‘Vier’.



Jurgen Beckers